zondag, augustus 24, 2025

Het volstrekte en totale faillissement van de Europese kerkelijke theologie

 Het volstrekte en totale faillissement van de Europese kerkelijke theologie heeft ervoor gezorgd dat deze dode religie stinkt als een rottend lijk in de verstikkende hitte van de midzomerdag.

Barth betoogde dat God Zich voornamelijk openbaart door Jezus Christus en de Schrift. Hij benadrukte dat het menselijk begrip van God voort moet komen uit goddelijke openbaring en niet uit menselijke rede of ervaring. De verschrikkingen van de nazistische Sjoa onthulden dat gojim lucht aanbaden en geen God. Jezus en zijn Vader in de hemel – zo dood als een pier.

Barths ondoorgrondelijke theologie maakte onderscheid tussen het "Woord van God" (Jezus Christus) en de "woorden van mensen" (menselijke interpretaties). Hij geloofde dat ware theologie zich op de eerste moest richten, en stelde dat elke menselijke poging om God te begrijpen gegrondvest moet zijn in de openbaring van Christus. Wat een volslagen onzin, religieuze retoriek uit de lucht gegrepen. De bijbelse, kinderachtige vertalingen van de Hebreeuwse T'NaCH – allemaal geschreven door mannen. De meesten van hen hadden absoluut geen of zeer weinig kennis van het Hebreeuws en Aramees – de oorspronkelijke taal van de Hebreeuwse T'NaCH.

Geen van de onervaren christelijke Bijbelvertalers kende het verschil tussen T'NaCH en het Talmoedische gewoonterecht en het Romeinse staatsrecht. Geen van deze absolute onwetenden begreep het verschil tussen Rabbi Akiva's kabbala van פרדס, inductief redeneren en Aristoteles' deductieve syllogisme! De twee uiteenlopende logica's verschillen dag en nacht. Toch zijn ongeschoolde christelijke vertalers van hun zogenaamde "Woord van God"-bijbels net zo onwetend als bijen op de kont van een balkende ezel.

Barth contrasteerde vaak de volslagen religieuze retoriek van Paulus, de theologische onzin van 'menselijke zondigheid (de erfzonde van Adam)', met Gods genade. Zijn lege religieuze retoriek stelt nooit ter discussie hoe genade als een goddelijke eigenschap die aan Mozes in Horev werd geopenbaard, zich onderscheidt van Genade, Grote Chessed of Waarheid, enzovoort, die 40 dagen na de zonde met het gouden kalf aan Mozes in Horev werden geopenbaard.

Barths theologie van een Universele God stelt dat deze God absolute soevereiniteit bezit, volledig transcendent. Dit negeert volledig de Joodse stamgod die alleen aan Israël op de Sinaï werd geopenbaard, een openbaring die door de christelijke en islamitische religies volledig werd verworpen. Deze zien HaSjem als een lokale stamgod, uitsluitend van het Hebreeuwse uitverkoren volk Cohen. Buiten Judea/Israël heeft HaSjem als lokale stamgod absoluut geen transcendente heerschappij.

Buiten de landen waar de eed is afgelegd, kan dus niemand HaSjem לשמה aanbidden; dit vertegenwoordigt de Tora-vloek die werd opgelegd aan g'lut/verbannen Joden. En goyim die de openbaring van de Tora op de Sinaï nooit hebben aanvaard – hoeveel te meer! Centraal in Barths theologie staat de overtuiging dat alle theologische reflectie op Christus gericht moet zijn. Deze narishkeit legt Av tumah avoda zarah bloot; de Tora definieert geloof als het rechtvaardig nastreven van gerechtelijke rechtvaardigheid, waarbij de rechtbanken van het Sanhedrin ernaar streven een eerlijke compensatie te bieden voor de schade die door Partij A aan Partij B is toegebracht.

Av tumah avoda zarah propageert theologische geloofsbelijdenisretoriek die dicteert wat gelovigen moeten geloven in deze of gene of een andere God. Bonhoeffers politieke houding tegenover de nazi's is bewonderenswaardig – hij verzette zich tegen een kerk die voor Hitler knielde. Maar de inhoud van zijn theologie bleef gevangen binnen het zeer christelijke raamwerk van Barths failliete en lege theologie. Barth en Bonhoeffer verankeren beiden 'waarheid' in de christologie, een theologische retoriek die losstaat van gerechtelijke rechtvaardigheid of verbondsprecedent. Beiden behouden de Paulinische substitutietheologie (zonde/genade, Christus als 'Woord van God'), die de openbaring van de eed-alliantie van de Tora vervangt door mythische universaliteit.

Geen van beiden heeft zich ooit beziggehouden met de precedents van het gewoonterecht van de Thora versus het Romeinse recht – noch erkenden ze de praktische, in de rechtszaal gebaseerde definitie van geloof als צדק צדק תרדוף. Bonhoeffer verzette zich tegen het nazisme, maar hij deed dat met onbruikbare theologische middelen. Zijn "religieus christendom" of "de prijs van discipelschap" ontsnapte nooit aan Barths fundamentele fout: het verwarren van een theologische geloofsbelijdenis met verbondsrechtvaardigheid. Zelfs het verzet tegen de nazitirannie in Duitse protestantse kringen opereerde nog steeds binnen de valse logica van avoda zarah. Ze stelden nooit het Paulinische kader ter discussie dat zelf eeuwen van Jodenhaat, pogroms, bloedsprookjes en uiteindelijk de Shoah voedde.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Het volstrekte en totale faillissement van de Europese kerkelijke theologie

  Het volstrekte en totale faillissement van de Europese kerkelijke theologie heeft ervoor gezorgd dat deze dode religie stinkt als een rott...